één plus één is drie
“Zomeravonden” is een nieuwe serie op de vrt, waarin Wim Lybaert elke avond een gast in zijn tuin ontvangt en met hem een gesprek voert terwijl ze samen een gerecht bereiden. In de eerste uitzending was dat Gilles De Coster. Ik was gegrepen door een passage waarin De Coster zei: ik snap het hele concept familieruzie niet.
Mijn recente ervaring is dat familieruzies eerder regel dan uitzondering zijn. Kinderen praten al jaren niet meer met hun ouders, broers mijden elkaar, binnen een familie zijn twee clans ontstaan. Geld is vaak de wig die de mensen uiteengedreven heeft. Dan komt een afscheid, een overlijden, en na jaren van zwijgen is er een vorm van conversatie nodig, al was het maar om samen een rouwbericht op te stellen of een uitvaartplechtigheid te regelen. Zulke gesprekken lopen vaak stroef. Oude wonden worden weer vers.
Lybaert en de Coster waagden zich aan tomates farcies, een eerbetoon in de vorm van een gerecht aan de moeder van Gilles. Zij is plots overleden toen ze negenendertig was. Het gezamenlijk verwerken van die klap heeft de familie De Coster voor altijd samen gesmeed. De vier kinderen hadden elkaar nodig om dat grote verlies aan te kunnen. Nu nog kunnen ze geen ruzie maken met elkaar, ze vormen een onverwoestbare clan, ze gaan samen op vakantie, ze gunnen hun vader ook zijn nieuwe vrouw.
Mooi toch hoe een gemis mensen korter bij elkaar brengt, hoe een dramatische klap vanzelfsprekende samenhorigheid creëert in een gezin, hoe mensen zo samengesnoerd worden in hun gezamenlijke verdriet dat ruzie zelfs ondenkbaar wordt.
In de weekendkrant van “De morgen” las ik een voorbeeld van hetzelfde: gezamenlijk gemis creëert samenhorigheid. Dirk de Wachter praat er met Jeroen Meus. Die getuigt daar hoe het overlijden van zijn broer Wim de relatie met zijn andere broer hechter gemaakt heeft. “Mijn oudste broer en ik zijn nu ontzettend close, net door het overlijden van Wim. Ik voel heel duidelijk hoe wij met twee mensen proberen er drie te zijn. We leven verder in de geest van Wim, die we ontzettend missen.”